bericht voor thuisblijvers, 11 oktober
Een gedicht van Leo Vroman
Scheppinkje
Kon ik Jou, Heer, tezamensponzen
tot een gebaartje op mijn hand
en gaf Jou alle kralen, donzen,
poesjesmiepsen en hommelganzen
en Jij weefde het verband…
Ik zou mijn vingers rond Je sluiten
en Jouw gekriebel zó beminnen
terwijl Je scheppend was daarbinnen
dat ik mijn vuist héél zacht van buiten
zou kussen;
en als ik op een teken
Jouw werk voorzichtig zou ontbloten
nimmermeer zijn uitgekeken
op mijn lege handpalm, grote God
en nooit meer spreken.