Bericht voor thuisblijvers, 18 augustus
Monique Maan
Ik vind ‘volhouden’ een mooi begrip, hoewel ik eerlijk gezegd het woord ‘volharden’ nog mooier vind. Volhouden of volharden staat voor mij voor: doorgaan met waar je in gelooft, niet zomaar opgeven of loslaten. Zelfs als er tegenslag is of als het volstrekt onduidelijk is of je je doel wel gaat halen, dan tóch aan je ideaal blijven vasthouden en nastreven.
Natuurlijk kun je als mens ook volharden in negatieve zaken, maar ik verbind het toch vooral aan woorden als moed, liefde en trouw.
In zijn boekje ‘Een levensregel voor beginners, Benedictijnse spiritualiteit voor het dagelijkse leven’ (Lannoo, 2001) vertaalt Wil Derkse de drie geloften die Benedictijnen afleggen naar het leven van mensen buiten de kloostermuren. Eén van die beloften is die van de ‘stabilitas’. Wij kennen die als de belofte van kuisheid, maar Derkse legt uit dat deze belofte vooral betrekking heeft op bestendigheid en trouw. Het is de belofte om niet weg te lopen bij dat waaraan je je verbonden hebt. Als ieder op z’n eigen tijd zou komen en gaan in de kloostergemeenschap, en op verschillende plekken verschillende relaties zou hebben, kan er geen solide gemeenschap worden opgebouwd. Dat commitment aan de gemeenschap, het ‘erbij blijven’ is van cruciaal belang, ook of juist als het tegenzit of tegenvalt. Een mooie belofte! Zonder volhouden geen gemeenschap. We hebben elkaar nodig.