Vanaf de zijlijn
Arjen Hiemstra – Een speurtocht op donderdagmorgen
Mijn eerste (bewuste) museumbezoek legde ik af aan het Musée d’Art Moderne in Troyes (Frankrijk). Het was tijdens mijn eerste vakantie zonder mijn ouders. Met enkele vrienden en vriendinnen stonden we daar een weekje op de camping in drie tentjes. Alles was nieuw die week, en zeker het museumbezoek aan de moderne kunst – daar deden wij thuis niet aan.
Ik herinner me vooral nog één schilderij, met een bootje in felgekleurde streepjes getekend. Geel en blauw, een beetje rood. Zomers in ieder geval. In de museumshop kocht ik een poster die enkele dagen later, ietwat gekreukeld met mij thuiskwam. Ze heeft later nog een flinke tijd mijn studentenkamer gesierd.
Vanmorgen kwam ik er achter – internet is grenzeloos – dat het een schilderij is van André Derain uit zijn fauvistische periode. De schilders moesten concurreren met de fotografie die in die jaren opkwam. Daarom schilderden ze niet langer nauwkeurig, maar bepaalden met kleuren hun schilderij. Fauvisten gingen daar ver in: ze gebruikten de kleuren onvermengd zo uit de tube.
Vanmorgen kwam ik er ook achter dat Derain een wat bedenkelijk oorlogsverleden had. In 1941 accepteerde hij een uitnodiging om Duitsland te bezoeken. Dat werd door de oorlogspropaganda flink uitgebuit. Het maakte dat hij na de oorlog gezien werd als collaborateur en in ongenade viel.
Het schilderij heet: ‘Port de Collioure, le cheval blanc’. Het is een havengezicht met een wit paard. Collioure is een havenstadje aan de Middellandse Zee, aan de voet van de Pyreneeën.
Ik heb het toen allemaal niet geweten. Maar alles was ook zó nieuw…